Al heel jong wist Erwin dat hij niets anders wilde worden dan beeldend kunstenaar. Hij heeft zich vanaf zijn allereerste expositie in Paramaribo in 1948 op een ongekend dynamische en vitale manier geuit in de beeldende kunst, niet alleen wat betreft de gekozen stijl maar ook in de manier waarop hij deze kunstwerken tentoonstelde. Een veelzijdig, expressief kunstenaar. Door zijn gedegen vakopleiding in Nederland en zijn bijzondere talent heeft hij een interessante, zeer eigen stijl ontwikkeld – zowel in zijn realistische als in zijn vrije werken – die geheel verschilt van die van zijn Europese collega’s.
Zijn werk is voor hem een spel, zoals hij altijd zei. Hij hoefde niet na te denken of te beredeneren wat er op het doek moest komen of wat zijn beelden moesten verwoorden. Hij was een spontane, snelle en speelse werker. De vlotheid en vrijheid waarmee hij zijn penseel en zijn kleuren hanteerde, gaven juist de kracht in zijn werk. Hij hield er niet van zichzelf aan regels of etiquette te binden. Hij wilde vooral doen wat hij zelf voelde, zichzelf kunnen zijn zonder masker, zonder angsten. Hij hield er niet van analytische beschouwingen te geven over zijn werk.
Hij heeft geparticipeerd in groepstentoonstellingen met Pablo Picasso, Henry Moore en Ossip Zadkine te Sonsbeek. In 1970 en in 1998 had Erwin solotentoonstellingen in het Stedelijk Museum in Amsterdam en in 2009 een solotentoonstelling in de Kunsthal in Rotterdam. Hij is maker van het Nationaal Monument Slavernijverleden in het Oosterpark in Amsterdam.
Erwin de Vries wordt ook liefkozend de “Rembrandt van het Caribische gebied” genoemd. Meer dan 30 van zijn beelden zijn verspreid over Amsterdam op publieke plekken, in museale collecties en in openbare gebouwen te zien. Veel van zijn schilderijen en beelden bevinden zich in musea en privé collecties over de hele wereld.